Vanmorgen genoten we eerst van het complimentary breakfast bij het motel. Per persoon hebben we voor deze overnachting + het ontbijt slechts $8,67 betaald. Toen op naar de Horseshoe Bend, of volgens Lou de paardenlaars, wat maar tien minuten rijden was vanuit Page. Via een wandelpad van ongeveer een halve kilometer langs de mooiste roodachtige vlaktes en vergezichten sta je opeens aan de rand van het ravijn, met het watertje in de vorm van een hoefijzer om een grote rots heen stromend. Ernaar kijkend zie je simpelweg geen diepte meer, zo overweldigend is het. De rotsachtige grond ligt als dunne plakjes op elkaar gestapeld, wat zorgt voor het interessantste terrein wat je je kunt voorstellen. Ik ben gek op alle fascinerende details! Er liep trouwens ook een super blij hondje, die bij het zien van het uitzicht enthousiast begon te kwispelen. Zonder riem zou hij zo over de rotspartijen gedanst en gerend hebben. Toen op weg naar Zion National Park. Onderweg passeerden we weer schitterende vergezichten en Kanab, waar we vorig jaar een nachtje geslapen hebben. We maakten er de auto even schoon, wat wel nodig was. Fun fact: er zijn hier in elk grote en kleine dorp food marts langs de weg en de leukste van vandaag was die ene waar die slagzin ‘hot dogs - popcorn’ was. Gelukkig bieden zij in elk geval het meest essentiële eten aan.
Zion is op een heldere winterdag als vandaag een verzameling van glinsterende beekjes, stralende rotsflanken en felrode wegen. De bomen zijn bekleed met wit en glanzen als diamanten onder het zonlicht vanuit de blauwe lucht. Op de flanken grazen steenbokjes, de ruige rotspunten vertonen de mooiste symmetrie en combinaties, op de hoogste toppen ligt nog niet gesmolten sneeuw die het zonlicht pakt. Het zijn alleen maar magische gezichten, waarvan dit land er zo ontelbaar veel heeft. En zo reden we Zion weer uit. Over de uitgestrekte wegen van Utah, haast geen mens tegenkomend. We passeerden nog een schattig western tafereeltje, wild west-stijl met saloon, cactussen, geveltjes en prikkeldraad. Ons hotel in La Verkin is weer geweldig, het overtreft echt mijn verwachtingen! Ruime kamer, weer gratis ontbijt, en we kunnen hier onze was doen.
Over de uitgestrekte wegen, langs wederom grootste uitzichten op wit besneeuwde bergen en rode rotsen, reden we naar St. George. Eerst naar The Inn at Entrada, waar we een blik wierpen op de golfbaan waar Zac Efron als Troy Bolton ‘Bet on It’ ten gehore bracht in High School Musical 2. We namen een kijkje in de idyllische Judd’s Store, met snoep, ijs en soda’s in ouderwetse houten schappen. We kwijlden wat af in de Barnes & Noble, waar elk van ons wel twintig boeken had willen meenemen. Zoveel moois en zoveel interessants. Ook veel bijzondere dingen; ik heb er een paar vastgelegd. 😄 Na nog een korte stop bij de lokale mega Target volgde de laatste etappe: naar Denny’s.
Graag geef ik jullie een inkijkje in het tafereel van deze avond bij Denny’s: met zijn drieën raakten we verwikkeld in een heuse quest om het hart van een hele leuke jonge ober voor Lou. Al bij binnenkomst wisselden Lou en ik blikken van verstandhouding en elbow punches. De jongen in kwestie was een jaar of 23, had leuke donkere krulletjes en een lief gezicht. Hij kwam onze order opnemen en zijn stem was in gesprek met Lou aanzienlijk hoger dan bij Roel en mij. Voer voor de wolven natuurlijk, we raakten er niet over uitgepraat. Hij kwam Louises salade hoogstpersoonlijk brengen, omdat de andere serveerster die vergeten was. Toen mijn melkje niet op de bon bleek te staan en wij dat als eerlijke mensen even onder zijn aandacht brachten, schold hij ons deze schuld van drie dollar kwijt. Daarop vroeg hij: ‘Where are you guys from? You’ve got great accents!’ ‘Well, we’re from Holland, but she lives in Switzerland.’ Zijn enthousiasme over het mooie maar dure Zwitserland was niet te missen. Hallo daar: opening voor Lou! Op een geïmproviseerd servetje schreef Lou haar naam en nummer op, en na luttele pogingen door Roel om de aandacht van de jongen te trekken (het onmens trok zich meermaals terug in de keuken) lukte het eindelijk. Hij kwam met een absolute big smile op ons af. We knoopten nogmaals een gesprekje aan. Lou: ‘Hey, if you ever visit Switzerland again, here’s my number. I can give you some tips if you want.’ Zijn gezicht lichtte op. ‘Wow thanks! I definitely will! How long are you guys gonna be here for?’ Helaas vertrekken we morgen weer, anders zag ik een meeting nog wel plaatsvinden. Hysterisch van het succes huppelden we naar buiten, waar Lou haar redder in de nood (Roel) een dikke knuffel gaf. ‘Wanneer sluit dit gallige restaurant?? Misschien krijg ik daarna wel een message! Ach Roel, je bent een godsgeschenk!’ Het was een avond vol spanning en plezier. De kaas draden hingen aan onze lippen van het lachen en de nacho’s hadden het zwaar te verduren, vooral toen Lou in noodtempo al haar hapjes moest wegwerken toen The Boy haar kwam vragen wat voor dressing ze over haar salade wilde, toen ze net een volle hap nacho’s zat te verorberen. En nu afwachten ;)
We zijn aangekomen in Salt Lake City na een rit van ongeveer vier uur. Het was weer een schitterende rit van La Verkin naar deze grote stad met schattige skyline. Het was intens koud toen we vanmorgen om acht uur in de auto stapten, na een gratis ontbijtje in het motel. Al snel belichtte het zonlicht de witte bergtoppen die we passeerden, en het rode maakte plaats voor geel. In de weilanden aan de voet van de bergen, vol prairiegras, graasden zwarte koeien en stonden glanzende paarden in het ochtendlicht. Het uitgestrekte karakter van dit land blijft me verbazen. Vier uur lang reden we naar het noorden en op een paar medium dorpen en gehuchten na kwamen we geen enkel bewoond gebied tegen. Alleen maar graslanden, bergen, hier en daar een gas station, waar we af en toe een stop maakten voor een wissel, toiletbezoek of een Burger King-encounter. Vannacht slapen we in een hostel, maar wel met een privékamer. Ik heb mijn good share of hostels intussen wel gehad en wilde er eigenlijk wel een beetje vanaf, maar het is het echt heel schoon, rustig, ruimtelijk en netjes. Onze kamer heeft het thema Nederland, zoals te zien is. Hoe toepasselijk ;)
Een droom kwam deze middag uit: naar East High, dé school uit High School Musical! Een film en een concept water Louise en ik mee zijn opgegroeid. Hoe bijzonder om hier rond te lopen: bij Sharpays roze kluisje, in de gangen waar What Time Is It en andere klassiekers werden opgenomen, de kantine van Stick To The Status Quo, de sportzaal, het hield niet op. Bij de ingang lagen speciale plattegronden voor bezoekers met dit doel. Salt Lake City is een rustige en schone stad, omringd door witte bergtoppen en bekleed met ruime trottoirs. We hebben er niet ontzettend veel van gezien (want East High 🤤) maar de sfeer die we geproefd hebben, was verrukkelijk. Net als het eten deze avond bij de lokale Italiaan.
Vandaag reden we in zes uur van Salt Lake naar Casper, dwars door de Rockies en oneindige prairielanden onder de sneeuw, ruige bergtoppen hier en daar maar meestal eindeloze vlaktes en kaarsrechte wegen voor mijlen- en mijlenver. Bij de Walmart in Evanston deden we wat boodschappen, een enkele keer stapten we even uit om te wisselen of de benen te strekken, maar we genoten vooral van het steeds veranderende uitzicht over Wyoming. We zagen ranches zo groot als heel Zwijndrecht keer drie, weides vol koetjes en herten, een hondje in een auto (😍😍😍), kleine koude dorpjes en reclames tijdens het tanken; welkom in Amerika, waar het meest gekke of bizarre nog niet gek genoeg is. Nu zitten we weer bij een Denny’s 😋 Louise liep de motelkamer uit zonder schoenen, en over de warme vloerbedekking viel haar dat niet eens op. Wij waren zo aardig om haar hierop te wijzen, voordat ze de natte hoopjes sneeuw zou betreden met haar fashionable pepersokken.
Goeiemorgen uit een koud en winderig Wyoming. We leggen een goede bodem bij Denny’s! Zometeen stappen we weer in de auto voor een nieuwe etappe.
De ochtend begon in een koud en winderig Wyoming, met windstoten tot 75 km/h. We gingen eerst rustig ontbijten bij Denny’s, wat wederom hemels lekker was. Buiten vonden we een oude pick-up truck met een interessante raamsticker: ‘We don’t call 911, we use [gun emoji].’ Toen weer de uitgestrekte vlakten en bergen in, over de lange, lege wegen. Langs ranches en grote kudden zwarte koeien, hertjes en ganzen. Langs olievelden, western dorpjes en dorpjes met Population: 6. Plotseling, met het oversteken van één heuvel en het doorgaan van één bocht, maakte de sneeuw plaats voor het onderliggende prairiegras en veranderde de witte wereld plots in een kleurrijk heuvellandschap. Maar leeg en verlaten, op een enkel dorp hier en daar na, was het nog steeds. Hoewel, het is maar wat je leeg noemt; het land is hier gevuld met wildlife, weilanden, bossen, grassen en bergen.
Nu we de grens met South Dakota waren overgestoken, maakten de prairievlaktes ruimte voor bossen. Nog steeds graasden er talloze zwartglanzende koeien langs de wegen in het gele gras. Na een halfuur over kronkelende wegen door de bossen en langs plekken als Clark Ranch, Buck Creek en Old Woman Creek, stonden we oog in oog met het doel van vandaag: het wonderlijke Mount Rushmore. Washington, Jefferson, Roosevelt en Lincoln; vier gezichten uitgehouwen in de rotspartijen. Een plek waar je reizigershart over droomt! In de gift shop was werkelijk alles te halen wat je kunt bedenken, tot golfballen aan toe. Er waren ook state magnets, ofwel magneten van elke Amerikaanse staat. Ik had ze het liefst allemaal gekocht 😄
En zo kwamen we vanuit de bossen aan in het vlakke Rapid City, onze slaapplek voor vannacht. Een groepje motorrijders deed ons intrede. We bezochten later op de middag onze eerste Dollar Tree, een soort Action maar goedkoper. Koren op onze Nederlandse molen. Nog een rondje downtown en nu zijn we onderweg naar onze afhaalpizza!
Reactie plaatsen
Reacties