Waar kleuren geur hebben, en andersom

Gepubliceerd op 25 maart 2023 om 14:22

Marrakech, een stad om verliefd op te worden. De warmte van overdag blijft hangen in de geur- en kleurrijke straten, verdooft je en laat je zweven, over al die heerlijke geuren van vers voedsel, kruiden, garend vlees en keukens van restaurants. Het diepe rood, het donkere groen, het vrolijke geel, alles komt mooi uit in deze wereld vol schitterende patronen, mozaïeken en decoratieve, verrijkende architectuur.

We namen een taxi door het enerverende verkeer (scooters met opgeschoten jongens, scooters met oma’s in wapperende gewaden, zelfs een scooter met een meneer in smoking, paarden en wagens) vanaf het vliegveld naar de medina. Belijning is er niet, en eerbied voor verkeersregels evenmin. Iedereen doet wat hem uitkomt, en de claxons zijn daarom ook niet van de lucht. Maar wat is het heerlijk om omringd te worden door iets wat zo anders is, zo vreemd en juist daarom zo razend interessant.

Hotel Faouzi bevindt zich in een steegje aan een van de grotere straten richting Jemaa El Fna. Via een klein portiekje en een even klein maar verschrikkelijk mooie receptie kom je terecht in een heuse riad. Ik krijg geen genoeg van alle details in de tegels, aan de richels, de balustrades en de muren. Dit land, deze stad is echt aan mij besteed.

We aten op het rooftop terrace van restaurant Cascado. Onder een rieten dak volgehangen met rotan lampen en gevlochten manddeksels genoten we van dit mooi aangeklede restaurant met haar rode en groene stoelen, mooi gemozaïekte muren en andere details. En natuurlijk was het bord eten ook niet verkeerd.

Toen nog even een rondje over het bruisende Jemaa El Fna. Haast mystiek stijgen de witte geurwolken op vanuit de witte voedselkraampjes waar bezoekers kunnen neerstrijken op met tapijt bedekte banken en stoelen om een versgebraden stuk vlees of een tajine te verorberen. De koopwaar ligt kleurrijk uitgestald: sandalen, leren tassen, traditionele kleding en nog veel en veel meer. De gladde, oranje getinte restaurants aan de rand van het plein worden geel verlicht en omlijsten het levendige karakter van dit plein uiterst warm en elegant. De buzz van verkopers en consumenten is een fascinerend schouwspel. Toch ruilden we het rond 21:00 in voor de rust van het hotel, om na te genieten en voorpret voor morgen te beleven!

 

Geluksgevoelens vervullen momenteel mijn hart, terwijl ik zit te schrijven op een prachtig dakterras in het licht van de ondergaande zon, met uitzicht op de statige Koutoubia-moskee. Achter haar brede geraamte is zojuist de zon ondergegaan en dus baden de bakstenen in een zee van rozige hemelvlagen.

De dag begon op ditzelfde dakterras; we genoten hier een enigszins karig ontbijt. Het hinderde allemaal niet, want op onze tocht door de souks van Marrakech werden we van alle kanten omringd door de geuren van kruiden, leer, tapijten, en benzine van de miljoenen scooters die met levensgevaarlijke snelheden door de steegjes razen. Het ruikt er zoals het eruitziet: kleurrijk, levendig, schitterend, divers en onbeschrijfelijk. Bij een prachtig kruidenwinkeltje, waar de koopwaar op perfecte piramidevormige stapels uitgestald ligt, onderhandelde Roel met de vriendelijke verkoper over de prijs van ons versgemalen zakje tajinekruiden. Van €20 naar €12, best oké. En ik kreeg zelfs nog een cadeautje van de verkoper: een kruidenpers. ‘Special for you’, uiteraard. Verder zagen we een veelvoud aan dieren: zwerfkatten, ezeltjes met karretjes, schildpadden in kooien, en uitgebuite aapjes op Jemaa El Fna.

Middenin het drukke doolhofhart van Marrakech vind je deze groene haven van rust. Le Jardin Secret, een schitterende tuin met allerlei bekende en exotische bomen en planten, en natuurlijk mooie luikjes, prieeltjes en vloeren. De patroontjes, de kleine blaadjes, de wapperende witte gordijnen, het licht door de felgroene bladeren; alles is hier even mooi.

We aten bij Café des Épices een Marokkaans ontbijt als lunch: koffie, thee, Marokkaanse pannenkoeken, het lekkerste brood, een omelet en voor Roel wat jus d’orange. Het restaurant heeft een heerlijk dakterras, dat uitzicht bied over Place des Épices. De naam zegt het al: hier worden kruiden en specerijen verkocht. Maar de rieten manden, tapijten en hoeden zijn net zo kleurrijk als de mooie stapels kurkuma, saffraan en munt.

We liepen over het altijd drukke en lawaaierige Jemaa El Fna - een combinatie van slangenbezweerders, mannen met aapjes en claxons - en kozen toen richting voor de Koutoubia-moskee, wat voor Marrakech fungeert zoals de Eiffeltoren voor Parijs. Achter de imposante toren strekt zich een lang park uit met allerlei fonteintjes, groen en/of blauw gemozaïekt, palmbomen, en dichtbegroeide bomen met laaghangende takken die voor welkome schaduw zorgen.

Daarvandaan vonden we onze weg door het chaotische verkeer van Marrakech, waar regels en voorrang niet lijken te bestaan; zelfs niet bij een zebrapad. Een vrouw in een hijab scheurde met gebogen rug, als een echte coureur, scherp door de bocht op haar ronkende, stoffige scooter, waarbij ze bijna een rits overstekende voetgangers meenam. Soms is er geen stoep en loop je dus over de weg, soms rakelings gepasseerd door gele taxi’s, tuktuks en wagentjes met ezels ervoor.

Maar we kwamen veilig aan bij het Bahiapaleis, een baken van rust in de stad (los van de massa toeristen die er rondloopt). Dit complex bestaat uit meerdere grote en kleine binnenplaatsen met prachtige poorten in hoefijzervorm, schitterend aangelegde vloeren, prachtig beschilderde houten luiken met bloemen, soepele patronen en sierlijke lijnen, en de mooiste tinten blauw, geel, rood en groen. Dat laatste komt vooral terug in de tuinhofjes tussen de binnenplaatsen in. In vierkante patronen zijn perkjes vol (fruit)bomen, planten en bloemen aangelegd. Een groep Duitse toeristen werd rondgeleid door een enthousiaste Marokkaanse gids die elk stuk fruit in een grapefruitboom aanwees en bij iedere vrucht riep: ‘Grapefruit! Grapefruit! This is grapefruit.’ En een lief zwerfkatje deed zich tegoed aan het water van één van de fonteintjes.

Tussen de middag zijn we een uurtje in het hotel geweest om de ergste warmte af te wachten. Daarna vertrokken we weer naar de souks, na de oude stadspoort Bab Agnaou te hebben bewonderd.

We verkenden weer nieuwe steegjes en straatjes; je hebt ze niet zo snel allemaal gezien. Bij een van de kraampjes kochten we kaarten en een zakje munt. De jongeman die ons hielp was ook niet te beroerd ons even rond te leiden door zijn winkel en liet mij aan een goedje snuiven dat alle neusspray uit zou kunnen bannen. Volgens hem kon je hier high van worden en ik geloof het meteen. Verder vertelde hij Roel dat hij volgens hem een goede vrouw had uitgekozen. Dat is toch fijn om te horen van een wildvreemde. We zagen een kat en een kitten met elkaar spelen op een kleurrijk kleedje, werden tien keer bijna aangereden door scooters en wagens vol slachtafval en slachtoffers, zagen miljoenen lampen, kleden, tasjes, schoenen enzovoort. Zo langzamerhand werd het tijd om ergens neer te strijken voor een avondmaaltje. We vonden een geschikt plekje nabij Jemaa El Fna genaamd Fine Mama. Dit restaurant koopt alle ingrediënten bij lokale ondernemers in de souks. Zo mooi! Het is sowieso een mooi concept, dit restaurant. Roel had falafel en ik een echte Marokkaanse tajine met kip en groenten. Pittig, maar voedzaam en een feest om naar te kijken!

Na het avondeten liepen we nog eens naar Jemaa El Fna om te genieten van het schitterende avondlicht. De ondergaande zon zette de hemel in brand en kleurde alles babyblauw, pastelroze en feloranje. Op het dakterras van ons hotel brachten we het laatste lichtuur door: de zon ging onder achter de Koutoubia en gaf de wereld om ons heen zo’n zachte deken. De hitte was verdwenen en lauwwarme briesjes waren ervoor in de plaats gekomen. Al je gedachten zweven mee op die wattenzachte zuchten, onder een heldere hemel als deze verdwijnen al je zorgen, in elk geval voor even. Op een avond als deze kun je alleen maar wegdromen en dankbaar zijn.

 

De ochtend begon met een uitgebreid ontbijt bij Cascado, op het zonovergoten dakterras met knusse rieten details en veel groen en rood. We hadden een omelet, veel brood, veel water en pancakes. De zon was al lekker fel, maar nog niet overdreven heet en daarom heel aangenaam.

Dat veranderde rap naarmate de tijd vorderde. We brachten weer veel tijd door in de souks, die veelal overdekt zijn of zo smal dat de zon er niet komt. We zagen weer prachtige dingen: de souk met tapijten en kleden, de souk met alleen maar lampen, een lange steeg met tientallen schoenenverkopers. De geuren van leer, wierook, kruiden en vlees bij de kleine slagerhokjes wisselden elkaar af. Maar toen we eenmaal buiten de souks waren, op weg naar het noorden van de stad, brandde het zonlicht op ons en op de stoffige, chaotische straten van dit roodachtige, lokale deel van Marrakech. Ezeltjes stonden op hoeken van de straat te grazen in een berg sla, brood lag uitgestald op grote kleden op straat, scooters zoefden links en rechts op hoge snelheid langs ons, en dan zijn er natuurlijk nog de opgewonden stemmen, het geroep en geschreeuw, het getoeter en de brommende scooteruitlaten.

Maar tegen het middaguur kwamen we aan in het iets stedelijker gedeelte van de stad. We streken eerst maar eens neer op een koel terras voor een bord Marokkaanse pannenkoeken en een broodje.

Om 13:00 hadden we een tijdslot geboekt voor Jardin Majorelle, een schitterende botanische tuin die niet alleen bekend staat om haar prachtige landschap maar ook om de felblauwe villa met gele en lichtblauwe details. De vorige keer dat ik hier was, was deze plek nog minder bekend. Nu is het helemaal ontdekt door elk type toerist: de influencers, de senioren, de families. De rijen zijn lang, op de mooiste plekken moet je wederom in de rij staan om een foto te kunnen maken, en ondanks het werken met tijdsloten is het er super druk. Ik begrijp het absoluut: de terrarode paden leiden je zwierend langs de hoogste cactussen, bamboe, palmbomen en meer exotische begroeiing, regelmatig afgewisseld door koningsblauwe bruggetjes en prieeltjes. Langs de paden staan mooi gedecoreerde aarden vazen en in de vijvers en fonteinen spelen schildpadden en vissen met elkaar. Het is een geweldig plekje en je mag het zeker niet missen. Maar de vroege ochtend, late middag of het laagseizoen zijn wellicht betere tijden om je bezoek te plannen.

Hierna liepen we hetzelfde lange stuk terug door de hete zon, naar ons hotel om even te rusten. Uiteraard zagen we onderweg weer allerlei interessante taferelen. Een hele bijzondere vond ik een kleedje waarop random koopwaar stond uitgesteld, waaronder een gebruikte Franse bijbel.

Later op de middag bezochten we de indrukwekkende Saadian Tombs, een oude begraafplaats bestaande uit een aantal hallen met enorme zuilen, gedenkstenen en vooral heel veel mozaïek en tegels. Zo simpel als de buitenkant eruit ziet, zo excessief is de binnenkant. Geen enkel stukje oppervlak wordt leeg gelaten: alles is gedecoreerd, gegraveerd en versierd.

Door de kleurrijke en vergeleken met de souks rustige kasbah kwamen we, via talloze steegjes, paadjes en weggetjes dwars door de krappe woonwijken, terecht bij Terrasse Les Cigognes. Vanaf dit rooftop restaurant keken we uit op een druk en bedrijvig plein plus rotonde, waar de paarden, ezels, scooters, koetsen en taxi’s elkaar met de seconde aflosten. Hier zagen we de hitte van de zon afkoelen van geel naar zachtroze, terwijl we genoten van lekker maar ook mooi eten.

Terug naar het hotel via de souks - je raakt eraan verslaafd - en Jemaa El-Fna, wederom gehuld in prachtige namiddagmantel. Het getrommel en getoeter stierf weg en bleef slechts hangen als achtergrondmuziek toen we plaatsnamen op het dakterras van het hotel, om het laatste licht te zien verdwijnen.

Morgen is het weer vroeg dag, dus tijd om te slapen! Buiten is het inmiddels donker, al zal het gefluit van de slangenmannen en het geroep van de olie- en kruidenverkopers voorlopig nog niet verzwakken.

 

We zijn weer op het vliegveld. Om half zeven vanmorgen liepen we over de gekke lege straten, op zoek naar een taxi. Die heb je hier altijd snel gevonden, want ze zorgen wel dat ze jou vinden. De wegen waren rustiger, zo vroeg op de ochtend. Alles was weer zo prachtig oranjeroze onder de lichtblauwe ochtendhemel. De palmbomen gaven structuur aan de horizon. De taxichauffeur nam het niet nauw met verkeersregels, dus het was een interessante rit. Rijdt er een vrachtwagen rechts en een motor op links? Geen probleem, die laatste halen we eerst rechts in en dan proppen we onszelf tussen hem en de vrachtwagen. Op het vliegveld verliepen alle checks heel soepel. We zitten nu dan ook alweer ruim anderhalf uur in de lounge, waar we genieten van de Marokkaanse lekkernijen en een drankje.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.

Maak jouw eigen website met JouwWeb